Grafstenen Punjabi mannen en Mexicaanse vrouwen

Ik zoek naar grafstenen van Punjabi mannen (waarschijnlijk Singh geheten) met Mexicaanse vrouwen.
Evergreen Cemetery is groot dus wanneer ik op 19 oktober 2011 twee echtparen -bij elkaar in de buurt begraven tussen voornamelijk Spaanse namen- vind ben ik opgetogen.

Wat me opvalt is het grote leeftijdsverschil.
Ik zal over een half jaar teruggaan. Op zoek naar meer.


 

Imperial Historic Cemetery

Ik pak deze begraafplaats even ‘mee’ wanneer ik op 27 september 2011 Memory Gardens bezoek.

Het is een normale oude begraafplaats. Veel ingestorte en onleesbare stenen, enkele die er nog wonderbaarlijk mooi bijstaan en vooral veel plekken waar ooit graven zijn geweest waarvan je de plek zonder stenen niet meer kunt vinden.

Wat wel opvalt is het grote hek er omheen.
En de waarschuwing aan het begin: niet dat als je niet oppast je tot over je enkels in de gaten zakt, maar dat de politie je zal weten te vinden als je iets rooft of kapot maakt.

Ik maak wat foto’s van de paar stenen die leesbaar zijn en van wat stenen die fraai zijn ingestort.

 

 Deze steen is weliswaar omgevallen maar in zeer goede conditie. De letters zijn scherp.

Stacy Vellas ontdekte in de death records van Imperial County dat het echtpaar Cohen in New York is geboren.

Wat heeft ze gedreven naar de onherbergzame Imperial Valley. Hebben ze dat gevonden.

Ik vind een Japanner: Matsuhei Tasaki. Gedood bij een overval die op 26 december 1930 ‘The Brawley News’  heeft gehaald. (Bron)

Robbers Slay Japanese at Imperial Bold Desperados Shoot Two Restaurant Men and Escape

Two bold bandits yesterday afternoon shot and killed M. Tasaki, proprietor of the Mocha restaurant, opposite the King Cotton hotel at Imperial, and seriously wounded I. Takahashi, waiter, and escaped.

Sheriff Meadows and his deputies are on their trail and it is not believed they can escape capture. A battle to the finish may be fought, for it is believed the fugitives are gunmen of experience and entirely reckless of consequences.

The sheriff has only a meagre description. The wounded Japanese was so excited he did not observe their appearance carefully. One man was tall, wearing a black hat, the other short, and both were dressed as workingmen.

The slayers ate their meal in the restaurant during the day and the hospitable proprietor did his best to serve an enjoyable Christmas dinner. Late in the evening when everyone was gone except the Japanese, the desperadoes entered heisurely, covered Tasaki with revolvers and ordered him to throw up his hands. He started to run and was instantly shot dead.

Tasaki’s wife was hiding in terror behind the counter and the slayers did not see her. Takahashi, the waiter, entered and, was shot in the side. It is hoped he may recover.

The bandits looted the till of $60.”

Haunted
Pas wanneer ik op mijn motelkamer ga googlen ontdek ik dat de begraafplaats veel spannender was dan hij op mij overkwam. Het blijkt een van ‘de’ Haunted Places van California (bron):

If you go out there late at night, you get the feeling of being watched.
It Feels so much colder once you enter the grounds, there are really weird warm and cold spots in the graveyard, seems kind of unnatural. It makes you want to leave right away.

Stories of people taking photo`s out there and getting weird lights in them. Also of a monk like figure by the entrance. Sometimes 1 to 3 shadow hooded figures, are seen late at night by the front entrance to the left by the brick triangle, there are cold spots in the same area. You get a eerie feeling of impending doom and of being watched and not being welcomed.

Weird lights have been seen there floating across the graveyard from greenish blue to fire like red. A flame like mist has been seen coming out of grave sights and then going back into the ground.
Camcorders sometimes turn off even though fully charged. It is very unsettling.

Mm. Ik merkte niets.
Mijn foto’s zijn matig. Maar dat komt doordat het licht fout viel en omdat ik werk met een nieuwe camera.

There have been reports of a glowing light dancing in the cemetery. Apparently, there is a light on a water tower near the cemetery which reflects off of a black marble tombstone that causes this eerie glow. Schrijft Steve Paul Johnson nuchter.

Dat lijkt me een waarschijnlijke verklaring. Maar laat nou net die ene foto die ik nam richting watertoren niet ‘gewoon’  slecht zijn maar wazig slecht…

Memory Gardens

Wat ik me ook voorstelde bij ‘Memory Gardens’: niet een troosteloze kleivlakte direct aan de snelweg.

Een groot veld met platte stenen. De meeste slecht of helemaal niet leesbaar omdat zand en klei ze te pakken hebben gehad.
Groot contrast: de kunstbloemen bij bijna alle graven.
Ik begrijp het niet. Als je het graf van je dierbare wil versieren haal je toch ook de troep van de steen af?

Ik maak een rondje, moet in het rechterdeel vliegen van me afslaan wat duidt op een dood beest dichtbij.
Achteraan staat een gebouwtje, haveloos, zo te zien niet meer in gebruik. Ernaast betonnen graf’kisten’??

Wel twee muren met psalmen, een vlaggestok met een plaquette. Maar geen vlag.
Slechts 2 graven met iets bijzonders. Een recent graf met een omgevallen kan met pebbles.
Bijna aan de weg een graf met een engel.

De oudste graven zijn van de jaren vijftig, het meest recente is van 2011.
De begraafplaats wordt dus nog gebruikt. Niet bijgehouden, wel gebruikt.

 
 
 

Wanneer ik weer naar mijn auto loop, rijdt een pick-up langszij. Of ik iemand zoek.
Niet specifiek nee, maar nu kan ik de vrouw vragen wat voor naargeestige plek dit is.

De eigenaar is er een aantal jaren geleden mee gestopt, vertelt ze. Nu wil niemand de begraafplaats kopen. Er wordt geprobeerd er iets aan te doen (iets met boards en regelingen dat ik niet kon volgen).
Wat die verwaarloosde stenen betreft: niemand weet precies wie hier is begraven, er is geen lijst.
Waarom worden mensen hier nog steeds begraven? Omdat de familie ooit een ‘plot’ heeft gekocht.
Zelf zal zij hier ook worden begraven. Naast haar zuster en laat dat nou net het graf met de engel zijn.

Aan die zuster heeft de vrouw op haar sterfbed beloofd dat zij voor de begraafplaats zou zorgen, dat ze die zal bijhouden. Daarom gaat zij 2x per jaar naar de dollar store, koopt plastic bloemen en plaatst ze op de graven. Met Memorial Day plaatst ze vlaggetjes.

Ik google. En vind een filmpje dat in 2009 ‘Foreclosure’ dreigde en dat we onze county advisor moeten benaderen.
“Even the dead get evicted” zegt de man dramatisch.
Nog een filmpje, nu de vrouw met wie ik sprak.

Ze zal me materiaal sturen, beloofde ze nog. En ze zit ook met de begraafplaats op Facebook.
Natuurlijk wil ik me meteen aansluiten bij wat ze ook van plan zijn.
Maar het plan moet nog worden uitgewerkt.

The Slabs Pet Cemetery

Ik houd van dierenbegraafplaatsen ook al zijn het vaak maar hoekjes van gewone begraafplaatsen. De lieve teksten, de vertederende namen. Ook: het verdriet om wat vaak onze beste vriend is.

Zoekend op ‘pet cemetery’ en ‘Imperial Valley’ kom ik op de Slabs Pet Cemetery in Niland.
Een begraafplaats in de woestijn. Waar ‘snowbirds’ (mensen die -vaak met een camper- in de winter naar warme oorden trekken en weer verkassen als de bloedhitte toeslaat) hun overleden huisdieren begraven. Vaste verblijvers zijn er ook.

Slab City ligt iets ten oosten van Niland. Het lijkt een enorm gebied. De uitstraling is verwelkomend en vriendelijk. Kijk gerust rond pik ik op. Dat doe ik. Met mijn camera. Een beetje schuchter want je fotografeert toch iemand anders’ privacy. Al hangen ze daar hier misschien niet zo aan.

Als ik de coordinaten niet had gehad, had ik de begraafplaats die ergens achteraf ligt nooit gevonden.
Eerste indruk: is dat alles. Ik zie amper 20 graven, vrij saai ook, de meeste.
Wanneer ik beter kijk zie ik meer graven en enkele interessante stenen en versieringen (daarover later). Lieve teksten ook. Geen prots en pracht en praal.
Gewoon ‘ik hield hartstikke veel van m’n dier en hij ligt hier begraven’.

Aan de rand van Slab City ligt Salvation Mountain. Een kleurige constructie met ‘God is Love’ en ook veel ‘Sinner’ en ‘Repent’.
Ik tref het en ontmoet nog net de ontwerper Leonard Knight. De man die de oude baas rondrijdt vraagt of ik hem wil ontmoeten. Ja! doe ik enthousiast. Waarop de begeleider me instrueert dat ik hard moet praten. Niet dat het helpt (hij verstaat me niet) maar ik mag Leonard, in sommige kringen bijna een idool, wel fotograferen.

Na het vertrek van Leonard en begeleider (Leonard drukt me op het hart vooral een stel ansichten en magneetjes mee te nemen) loop ik in mijn eentje rond denkend: als God me een teken wil sturen dat hij wel degelijk bestaat, is dit een mooi moment.
Nee, geen teken. En verkeerde belichting voor mooie foto’s.
Misschien is dat het teken: wie niet diep gelooft, krijgt de zon verkeerd geschenen.

Bij de Pet Cemetery stond de zon wel goed.
Vermoedelijk omdat ik daar meer gevoel bij heb.

Over Slab City: Wikipedia en een geweldig verhaal.

Graven

Een kleine selectie uit de graven
 

 
 

Deze steen verrast me. ‘Forgive me’?
 

Maar dan. Kijk eens wat er op de grafsteen van Tobey ligt: een drol.. Net als op de steen van de andere hond. Waarom zouden ze dat doen? Zou het een drol van de eigen hond zijn vlak voor die doodging? Of hebben ze een drol opgeraapt van een willekeurige andere hond?

Maar nog steeds: waarom?
 

Punjabi mannen en Mexicaanse vrouwen

In de buurt van de grafstenen van de Japanners staan soms ook stenen met Khan en Singh.
Ik vind een website over Sikh pioneers die grotendeels onder constructie is. En 1 uitgebreid artikel uit 1989.
Bij gebrek aan andere informatie ga ik er tot ik meer weet van uit dat de inhoud in grote lijnen klopt.

Boss man
Tussen 1900 en 1917 kwamen mannen uit Punjab (India, op de grens met Pakistan) naar Californië. Velen hadden gediend in het Britse leger en hoopten op een betere behandeling en meer geld. Ze trokken rond als (land)arbeiders met een ‘boss man’ die Engels sprak en contracten afsloot met werkgevers.
De meeste (85%) Punjabi pioniers waren Sikhs, 13% was moslim, 2% was Hindoe.
Enkelen hadden vrouw en kinderen meegebracht maar al snel was immigratie voor buitenlanders verboden. De meeste Punjabi mannen trouwden met Mexicaanse vrouwen.

Kleuren
Praktisch: Mexicaanse vrouwen werkten in Zuid-Californië ook op het land, ze leken uiterlijk op Punjabi’s. Bovendien verboden de wetten van Californië tot 1948 huwelijken met iemand van een ander ras maar zagen de blanke ambtenaren zowel de Punjabi’s als de Mexicaansen als ‘bruin’ (wat ze op de akte zetten) en dus als ‘hetzelfde’.
Met elkaar spraken ze een ietsje Engels en wat Spaans.

Religie
De opvoeding van de kinderen lieten de mannen over aan de vrouwen. Ze kregen Spaanse voornamen als Maria Jesusita Singh en Jose Akbar Khan en werden katholiek.
De vaders deden geen moeite hun eigen cultuur op de kinderen over te brengen op twee punten na. Voedsel (ze leerden hun vrouwen curry en roti te maken) en begrafenisgebruiken.
Citaat: “Another important retention of Punjabi culture was the disposition of the body upon death. Sikhs insisted upon cremation, then uncommon in North America, and Muslims carried out orthodox burial ceremonies for each other (though the plots in which they are buried in rural California are termed “Hindu plots”). The wives, however, were buried in the Mexican Catholic section of local cemeteries, as were the children.”

Juanita
Wat kan verklaren waarom ik in Evergreen Cemetery in El Centro (waar een Sikh tempel is) een tiental grafstenen van mannelijke Punjabi aantref maar slechts 1 van een Juanita die met een Sikh is getrouwd.
Waarom zij daar wel is begraven, is niet meer te achterhalen.
Wanneer ik terug kom op deze begraafplaats zal ik zoeken naar de grafstenen van de kinderen en de vrouwen met de Punjabi achternamen.

(Dit is een zeer summiere samenvatting van slechts een deel van het interessante artikel Karen Leonard – Califiornia’s Punjabi Mexican Americans)

Op zoek naar de Japanners van Imperial Valley


Ik zie zoveel grafstenen van Japanners in Imperial Valley (mn in Brawley en El Centro) en zo weinig levende Japanners op straat dat ik steeds nieuwsgieriger word naar deze bevolkingsgroep.
‘Even googlen’ levert weinig op.
Er zijn Japanse restaurants. Er is een Pioneers Museum met de openingstijden voor 2002 waar alle links ‘Oops’ zijn gebroken.
Toch vind ik hier en daar wat flarden.

De eersten
1841- Fourteen-year old Japanese fisherman, Manjiro Nakahama, was shipwrecked and rescued by an American whaler ship and ends up in Bedford, Massachusetts. Nakahama is considered one of the first visitors to the United States, and also the first Japanese to speak English effectively. Eventually he returned to Japan in 1852
1868- First group of contract laborers (141 men, 6 men, 2 children) arrive in Hawaii, these people are known as the Gannen-mono or “first year people”. Many of these Japanese who came to Hawaii were farmers and peasants from southern Japan, having suffered a series of crop failures at home.

Intocht
Anders dan bv de Chinezen kwamen de Japanners in kleine groepen en druppelsgewijs. In 1890 woonden er ongeveer 2000 Japanners in de Verenigde Staten en 100.000 Chinezen.
Hun bedoeling was een tijdelijk verblijf: snel geld verdienen en dan weer terug. Dat pakte anders uit o.a. omdat ze werden onderbetaald, geen land mochten bezitten en ze steeds na 2-3 jaar land dat ze in pacht hadden moesten verlaten omdat hun contract met opzet niet werd verlengd. Al snel (1905) was er weerstand tegen de Japanners die hardwerkend en zuinig waren en daardoor (te) succesvol.

Fotobruiden
In 1924 verhinderde de Immigration Act nieuwe immigratie door Japanse arbeidskrachten. Gezinshereniging werd wel toegestaan. Zodat de in Amerika wonende mannen ‘met de handschoen’ een vrouw trouwden die de wederzijdse families hadden uitgekozen terwijl de huwelijkspartners elkaar alleen van een foto kenden.
Vaak hadden de vrouwen geen idee wat ze in Amerika te wachten stond.

Concentratiekampen
Na de aanval op Pearl Harbor in december 1941 werden de in Amerika wonende Japanners als zgn. staatsgevaarlijk opgesloten in concentratiekampen.
De twee grootste kampen – Poston en Gila River – zijn in Arizona, op een paar honderd kilometer afstand van Imperial Valley.
Daar zaten 35.000 mensen vast.

En toen?
Na de oorlog worden de Japanners vrijgelaten. Gaan de Japanners van Imperial Valley terug naar hun streek? Zijn daar sinds de oorlog ándere Japanners komen wonen?
De grafstenen die ik zag zijn van het begin van de 20e eeuw maar ook van de jaren vijftig t/m negentig. Niet van later maar dat kan toeval zijn (ik zag niet alles).

Het heeft overigens nog lang geduurd voor de onrechtmatig geïnterneerde Japanners schadevergoeding kregen.
In 1988 tekende president Reagan een wet die elke vastgezette Japanner die nog leefde recht gaf op $ 20.000. Pas twee jaar dáárna werden de eerste negen checks op een ceremonie uitgereikt. De eerste was voor de 107 jaar oude Mamoru Eto uit Los Angeles.

Een deel van deze informatie komt uit Philip H. Round – The Impossible Land, Story and Place in California’s Imperial Valley.

Zaila Gonzales/Zolla Gonzalez

In september 2010 dwaal ik op het Potter’s Field van deze begraafplaats rond tussen de graven van de vele John Does en een aantal arme mensen op wier baksteen in elk geval hun naam stond. Geen geboortedatum, geen sterfdatum, geen lieve tekst. Maar de naam en de ‘vind/ligplaats’.
Row 4-7 in dit geval.

Ik fotografeer de steen en voer de overledene in bij Find a Grave.
Zaila Gonzales.

Op 14 mei 2011 bezoek ik de begraafplaats opnieuw.
Ik ben vergeten welke rijen met stenen ik al fotografeerde en het doet er ook niet toe want dit keer hebben bijna alle graven een versgeschilderd kruis en die foto kan ik allicht toevoegen als ik al een Memorial op Find a Grave heb gemaakt.
Row 4-7 blijk ik inderdaad eerder te hebben bezocht.

Maar op de huidige steen staat een iets andere naam.
Geen Zaila Gonzales maar Zoila Gonzalez.

Iemand heeft dus gezegd: de naam is fout. Onder die steen ligt geen Zaila maar een Zoila (“It’s Liza with a Z nog Lisa with an S”) en ook geen Gonzales maar een Gonzalez (“not Minnuli or Minnelei”).
Wat ik me afvraag: *wie* heeft doorgegeven dat de naam niet klopt.
Familie van de dierbare overledene? waarom doet die dan niet méér met dat graf?
Al is het maar een simpel plastic bloemetje. Of een pebble.

En als het niet familie of vrienden waren – wie dán?

Riverview Cemetery – 2

De eerste keer dat ik deze begraafplaats bezocht was ik vooral onder de indruk van de grafstenen in het oude deel. De zuilen, de heiligen, de engelen – al dan niet beschadigd.

Nu ga ik erheen met een lijstje met 9 namen.
Doden van wie nabestaanden op Find a Grave om een foto van de grafsteen hebben verzocht.
Ik ontdek dat die stenen zelden de monumentale stenen zijn. Zoekgeraakte familieleden zijn, denk ik, minder rijk (=simpele steen) en ook minder bedeeld met andere familieleden die het graf bijhouden en van bloemen voorzien. En die ook familie-op-afstand op de hoogte houden?

Lillian Williams was iemand geliefde tante. Doyle Huffman was iemands favoriete oom.
Het zoeken naar de stenen geeft me een ander perspectief op wat ik ‘saai’ vind: platte stenen in een grasveld. De mensen onder die stenen zijn niet minder boeiend en hebben niet per se minder voor anderen betekend dan degenen voor wie de familie een beeldentuin heeft opgericht.

Ik had meer van de stenen op het lijstje willen vinden.
Maar hier stuit ik in de Office op vijandigheid. Hoezo FindaGrave?
Weet ik niet dat zij zelf een website hebben? Met alle informatie en de locaties van de graven en nog stenen ook. Dat weet ik niet maar ik heb er nu even niks aan want ik heb geen notebook bij me.
(Later blijkt de website niet zo geweldig als beloofd – weinig stenen en met hun aanduiding van de plaatsen zoek je je nog steeds een ongeluk)

Wil ik echt dat de dame in de Office (waar een behulpzame jongeman op een karretje me naartoe heeft gereden) *al* die namen opzoekt?! Ja, graag natuurlijk. Maar laf als ik ben beperk ik me tot drie.

Waarna ik dwalend zelf op zoek ga naar de andere (zinloos) en geniet van vogels en ook hier Japanse stenen. En 1 Indiase.

Mijn hart gaat sneller kloppen van deze. Een Japanse vrouw die niet Yamada of Soto oid heet maar Waterkuetter. Waarvan ik dacht dat het Duits zou zijn maar die naam is Schots.

“A Lady of Japan”  is het grafschrift.
Wat me een warm and fuzzy feeling geeft en erg veel nieuwsgierigheid.
Die zich via google niet laat bevredigen.

Evergreen Cemetery

Op 10 mei 2011 heb ik al Mountain View Cemetery in Calexico bezocht wanneer ik deze begraafplaats aandoe.
‘Aandoen’ was de bedoeling.
Even kijken hoe het er is.
Dan later teruggaan.

Ook deze begraafplaats in El Centro lijkt uit meerdere delen te bestaan.
Links en direct na de ingang een lawn cemetery. Open grasvelden.

Rechts en tot ver in de verte: oude bomen en oude stenen.
Een paar beelden. Wat verval.

Ik wil engelen fotograferen maar het wil niet erg. Ik loop zomaar wat rond.
Wat me opvalt: al die nationaliteiten. Niet alleen evident. Namen als Smith. En Rodriguez.
Maar ook Italiaans. En Duits. Een steen met Van der Linden en: from Belgium. Iemand uit Zwitserland.

En wanneer ik dan echt wil weggaan, zie ik ook hier (net als in Brawley) stenen met Japanse namen en tekens. Veel meer nog dan daar. Ook recenter, niet alleen historisch.
En hey – Mohammed?? Arabieren denk ik. Maar als ik beter kijk: mensen uit India.
Hindoestanen.
In een aparte hoek grenzend aan de Japanners.

Ik denk: ik moet me meer verdiepen in Imperial County.
Ik ervaar deze regio als Hispanic. Maar die andere groepen zijn er ook.
Hoe leven ze samen? Net zo gescheiden als in de dood?

Mountain View Cemetery

Mountain View Cemetery ligt aan een ventweg naast vierbaans Highway 111 waarover verkeer raast.
Tussen Heber en Calexico. In Imperial Valley – een (arm) gebied in Z.O. Californie dat in de loop der jaren veel mensen heeft aangetrokken in de hoop op een mooi leven.
Veel nationaliteiten. Veel zoeken naar werk en geluk, veel teleurstellingen.
Wanneer ik de begraafplaats bezoek op 10 mei 2011 zijn er twee begrafenissen.
Een op het verste groene veld. Wanneer ik wegrijd een op het groene veld het dichtst bij de buitenmuur.
Er is ook een Historic Section.
Links, twee velden. En in het midden een groot veld met weinig (vindbare) graven.
Ook ‘historic’.

Een wonderlijk contrast. ‘Historisch’ zijn de staande stenen en engelen en vaak een kruis – erg veel omgevallen ook.
In zand. Een beetje vochtig zand. Stenen zijn onleesbaar.
Verderop groen gras. Lawn cemetery. Netjes. Al zijn ook hier niet alle stenen meer leesbaar.
Ik zie er vanaf om daarvan foto’s te nemen met de twee begrafenissen.

Terwijl ik tussen de stenen in het tweede Historische veld loop zie ik eerst een zanduil (op een grafsteen).
Hij laat me best dichtbij komen maar het moet niet te gek worden.

Tien minuten later: een dunne vrouw met felgekleurde bloes en strakke broek. Harde lipstick. Grote zonnebril.
Roodgeverfd haar.
Met een kordate tred en een grote bos bloemen.
Grafbloemen.

Ze legt wat neer. Loopt verder. Kijkt naar grafstenen. Weer wat bloemen.
Wie is ze en wat doet ze. Waren er bloemen over? Nam ze bewust extra bloemen mee? Hoe kiest ze de vergane, oude graven waar ze bloemen bij zet.

Er is een moment dat we elkaar tegemoet lopen.
Ik wil groeten, misschien glimlachen.
De grote zonnebril kijkt me strak aan. De mond: ook strak.

Later denk ik: misschien was ze een geest.
Of: de Dood.
Waarschijnlijk was ze iemand als ik.
Maar dan minder vriendelijk tegen medemensen.

Graven

Veel verval op deze begraafplaats.
Niet alleen omgevallen kruisen en onleesbare of door vogels ondergepoepte stenen.
Dit graf valt op door het grote gat.
Alsof er een dier is ingekropen (maar dan wel een fors dier). En -als je luguber denkt- alsof er een dode is *uit*gekropen.

Ik vind erg veel kindergraven.
Soms eenvoudige stenen. Met naam en data. Soms met een bijbeltekst erbij.
Extra pijnlijk zijn de graven van kinderen met dezelfde achternaam die snel na elkaar, elk na een kort leven, zijn overleden.
Meestal liggen ze naast elkaar. Alsof daarmee al voldoende is ‘gezegd’.
Deze ouders plaatsten de graven samen.

Maar het mooist voor de bezoeker zijn natuurlijk de beelden.

De beelden zijn niet altijd origineel. In een bepaalde periode was dit beeld erg gewild.

Intrigerend vind ik dit.
Het graf ligt helemaal links bijna tegen de heg. Een platte steen.
Het mannetje doet denken aan een heiligenbeeldje.
Het zou -denk ik- een priestergraf kunnen zijn.

Potholes

Potholes Cemetery is de eerste oude begraafplaats die ik (op 9 september 2010) vanuit Yuma bezoek.
Met deze routebeschrijving in de hand ben ik op het ergste voorbereid. Na het gat Bard komt links een winkel die Cole’s Corner heet en dan een mijl verder ‘a bridge crossing a canal’. Daar moet ergens een ‘State Historic Marker’ zijn. Die is er inderdaad en die is zó groot (met parkeerplaatsje erbij) dat ik me niet kan voorstellen dat iemand ‘m over het hoofd ziet.

Hierachter zijn ‘a couple of dirt roads’: kies er maar een.
You will see signs posted warning people not to trespass. If you choose to continue, turn right when you get up on to the canal. The cemetery lies just a few hundred feet away, almost directly under the power lines.

Ik besluit niet de auto een willekeurige dirt road naar boven op te rijden maar te voet te gaan. Ik zie inderdaad een ‘No trespassing’-bord en daarachter het All American Canal (erg mooi). Dan draai ik me half om richting power lines en: daar is het.Prachtig gelegen met uitzicht op een deel van de Imperial Valley. Hek er omheen. Verklarende teksten bij de ingang.

De geschiedenis van Potholes staat op 1 van de stenen. Daarop staat ook dat de echte begraafplaats aan de andere kant van het Canal lag en dat in 1935 is besloten de lichamen op te graven en naar hier te verplaatsen.

Veel van de graven worden gemarkeerd door wat stenen en een houten kruis (of deel daarvan) of een klein metalen markeerplaatje zoals mortuaria die bij graven plaatsen. De meeste zijn slecht of helemaal niet leesbaar. Waar ze wél leesbaar zijn, komt dat door familie die recent is begonnen met de graven in ere herstellen.
Opmerkelijk: ook veel onherkenbare graven hebben bloemen of een ander ornament.

Ik weet dat het optuigen van de graven recent is omdat ik foto’s nam voor Find a Grave en een vrouw van wie er familie ligt me mailde of ze de foto’s mocht gebruiken voor een website over haar stamboom.
Ze was zelf een paar jaar eerder op Potholes geweest en toen waren de bewuste graven nog slechts hoopjes steen.

Interessant artikel in de Yuma Sun van februari 2012.

Graven



Graven zonder namen

 
 
 
 
 
 
 

Graven met namen


 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Carolina Rivera

Deze steen doet het ergste vermoeden.
Carolina Rivera die op 6 december 1936 overlijdt terwijl de andere Carolina Rivera in december 1936 wordt geboren.
En amper een half jaar later al overlijdt.

Van de moeder vind ik de overlijdensakte.
‘Puerperal fever’.
Terwijl ze 24 jaar en 6 maanden en 3 dagen was.

Waaraan haar dochtertje is overleden kan ik niet vinden.

Ogilby

De kleine begraafplaats van de voormalige nederzetting Ogilby ligt direct aan de County Highway S34 (‘Ogilby Road’) in het oostelijk deel van Imperial County.
Net in Californië, vlakbij Arizona.

Je kunt ‘m zien vanaf de weg. Als je kijkt tenminste. Want ik reed er tientallen keren langs en omdat hij vlak voor een onbewaakte spoorwegovergang ligt concentreerde ik me meestal dáár op.

Mijn eerste indruk: is dit alles.
Een klein kaal veldje, stapeltjes stenen, houten kruizen, deels afgebroken.

According to the book, “Southern California’s Best Ghost Towns” by Philip Varney, this cemetery was established in 1878. The proprietor of the Gold Rock Ranch R.V. Resort, which lies about 5 miles north, says that Ogilby Cemetery is mostly made up of Chinese who worked for the Southern Pacific Railroad. (bron)
Zesentwintig graven zijn het.

En ook nog een paar andere.

Steve Johnson meldt: “I did, however, notice some graves with candles depicting the Virgin Mary, and another with a rosary around it, indicating Catholics, perhaps Mexicans.” Misschien was het graf met het afgebroken witte kruis met de krans er omheen zo’n graf. Drie andere graven lijken recent.

 

Het blauwe kruis heeft veel namen (en een zonnebril) maar geen jaartal. Het witte heeft de jaartallen 8-15-54 en 5-20-’04.
Het paarse prachtkruis ligt wat verder van de weg. Jesse (Poppa. Pops) 1932-2007. ‘Ol’ Road Grader’. Een road grader is een machine in de wegenbouw.
Ik heb geen idee of je een mens die bijnaam kan geven. Vermoedelijk wel – hoe anders de tekst op dit kruis te verklaren.

Een vraag waar ik mee blijf zitten mbt de recente kruizen: zijn hier echt mensen begraven? Of staan de kruizen er alleen ’ter nagedachtenis’?
Zowel in het eerste als in het laatste geval: waaróm? Waarom iemand hier in de woestijn begraven op een plek waar vergeten Chinezen hun laatste rustplaats hebben.
Of anders: waarom uitgerekend hier een gedenkteken voor iemand plaatsen.

Riverview Cemetery

Riverview Cemetery ligt niet aan een rivier. Hij ligt in het Riverview District, een onderdeel van Imperial County (Californië).

Ik bezoek de begraafplaats op 13 september 2010, op een van de warmste dagen van het jaar.
40-45 graden.
En omdat het een eind rijden en toen ook nog omrijden was, beland ik hier op het heetst van deze toch al zo hete dag.

Ik  parkeer mijn auto direct na de ingang.
Loop naar links naar een stuk lawn cemetery waar ik word verrast door een foto van een prachtige vrouw.
Uitgelicht door de zon.
(Later zal ik haar -Michele Castillo- googlen en word niets wijzer).

Het veld rechts bestaat uit mooie stenen. Groot, duur. Teksten voor en achter. Foto’s ook erop.
En een net omgespit graf met veel kinderspullen. Er staan voetstappen op. Raar.
Het is in Amerika wel gebruikelijk om over begraafplaatsen te lopen waar gras ligt op de graven maar toch niet -dacht ik- als dat gras nog niet eens is ingezaaid.

Ik rijd wat verder, ik loop wat verder. En dan, eindelijk! ga ik naar het veld *direct* rechts achter de poort met oude beelden.
Vervallen, imposant.
O wat is het warm! Ik sluip van boom met enige schaduw naar volgende boom met enige schaduw en neem foto’s.
Ik denk telkens: nog die drie grafstenen en dan stop ik écht!
En dan zie ik nog meer moois en ga ik nog langer door.

Eenmaal thuis ontdek ik dat deze begraafplaats itt zeer vele andere amper in kaart is gebracht op Find a Grave.
Het is dus aan mij deze mensen daar een plaats te geven. Dus zoek ik naar GonzaleS en GonzaleZ en Flores en nog meer Spaanse namen.
Maar ook al zijn de grafstenen pracht en praal, een plek in google hebben ze niet.

In mei 2011 ga ik terug.
Omdat ik nog maar een fractie heb gezien.
En omdat ik me hier heel erg thuis heb gevoeld.

Engelen op Riverview Cemetery