Zaila Gonzales/Zolla Gonzalez

In september 2010 dwaal ik op het Potter’s Field van deze begraafplaats rond tussen de graven van de vele John Does en een aantal arme mensen op wier baksteen in elk geval hun naam stond. Geen geboortedatum, geen sterfdatum, geen lieve tekst. Maar de naam en de ‘vind/ligplaats’.
Row 4-7 in dit geval.

Ik fotografeer de steen en voer de overledene in bij Find a Grave.
Zaila Gonzales.

Op 14 mei 2011 bezoek ik de begraafplaats opnieuw.
Ik ben vergeten welke rijen met stenen ik al fotografeerde en het doet er ook niet toe want dit keer hebben bijna alle graven een versgeschilderd kruis en die foto kan ik allicht toevoegen als ik al een Memorial op Find a Grave heb gemaakt.
Row 4-7 blijk ik inderdaad eerder te hebben bezocht.

Maar op de huidige steen staat een iets andere naam.
Geen Zaila Gonzales maar Zoila Gonzalez.

Iemand heeft dus gezegd: de naam is fout. Onder die steen ligt geen Zaila maar een Zoila (“It’s Liza with a Z nog Lisa with an S”) en ook geen Gonzales maar een Gonzalez (“not Minnuli or Minnelei”).
Wat ik me afvraag: *wie* heeft doorgegeven dat de naam niet klopt.
Familie van de dierbare overledene? waarom doet die dan niet méér met dat graf?
Al is het maar een simpel plastic bloemetje. Of een pebble.

En als het niet familie of vrienden waren – wie dán?

Terrace Park Cemetery

Terrace Park Cemetery in Holtville, Californië wil ik bezoeken omdat ik heb gelezen dat er erg veel illegale vreemdelingen begraven zijn.
Het lot van anonieme doden trek ik me aan, ik wil iets met ze dóen, ze een vorm van erkenning geven. Een plaats. Al is het maar op dit weblog.

Op 11 september 2010 ga ik erheen.
Ik heb een lijstje bij me met vier photo requests. Voor foto’s van graven.
Die kunnen mensen indienen via Find a Grave.
Ze zijn, ontdek ik, een ideale manier om als legitimatie te dienen tegenover verzorgers van de graven.

In Holtville tref ik Martin. Een grafsteen had ik zelf al gevonden, hij wijst me de andere drie.
Bij die van Myrl E. Parker heeft hij een verhaal. Myrl was de plaatstelijke grocer of pharmacist (ik ben vergeten wat het was, maar een van de twee).
Het graf van zijn vrouw Melva, die in 1986 was overleden, bezocht hij elke dag – precies om drie uur. Bij het graf van Myrl zelf had Martin nog nooit een bezoeker gezien.

De begraafplaats is grassig-goed onderhouden (in elk geval het deel van de niet-illegal-aliens) en wanneer we bij het graf van Myrl Parker komen staat daar een dikke laag water op van de sprinkler. Martin zal het voor me schoonmaken.
Ik vraag of ik daar ook een foto van mag maken. Dat mag.

Daarna brengt hij me naar het troosteloze terrein verderop. Met de onbekende doden en de wel-bekende doden zonder geld voor een behoorlijk graf die met het een baksteen als markering moeten doen. Martin laat doorschemeren dat hij begrip heeft voor de Mexicanen die in de hoop op een betere toekomst door de woestijn Amerika intrekken en dat vaak niet overleven.
Ik deel dat begrip maar mijn compassie betreft alle onbekenden die zo worden begraven en ik slaag er niet in dat duidelijk te maken (taalonhandigheid).

Ik ga zeker terug naar Terrace Park. Omdat ik een deel van de begraafplaats met mooie beelden niet kon fotograferen omdat de sprinklers er nog stonden te sproeien.
En omdat ik er door de hitte niet in slaagde de bakstenen van álle John Does te fotograferen.
Wat ik wel graag had gewild.

Graven

Heaven has gone to heaven

Terrace Park Cemetery heeft een aantal grafstenen waarop aan beide kanten tekst staat.
Zoals die van Heaven Leigh Ram die in januari 2006 op 19-jarige leeftijd bij een auto-ongeluk om het leven is gekomen.
Heaven stond toen ze dood ging op het punt toe te treden tot de band van haar zusje.

Op YouTube zette haar broer Michael Ram voor haar zijn eigen versie van Tears in Heaven.
Haar moeder Deborah (“I am a believer in Messiah, Yeshua. I love my family. I have a husband and two children that are all musically gifted.”) creëerde ter ere van Heaven Leigh Ram een eigen kanaal op YouTube.
In dit filmpje treedt Heaven in het begin op als het meisje dat de deur open en weer dicht doet.

(Voor alle zekerheid: de titel boven dit stukje is niet bedoeld als flauwe grap. Ik koos ervoor omdat uit alles blijkt dat Heaven en haar familie erg gelovig zijn en oprecht geloven in een hemel waar zij nu zou zijn beland.)

‘Officer down’ Irene B. Rios ‘leeft’ voort

Een geweldige smile heeft Irene B. Rios op een grafsteen met twee bedrukte kanten.

Ze blijkt makkelijk te googlen. Eerst als ‘officer down’ wat ik associeer met Law & Order en schietende criminelen. Maar het wordt, ontdek ik, ook gebruikt bij andere ongelukken van politiemensen.

Irene Rios verongelukte op de snelweg toen ze als reklasseringsmedewerker op weg was naar een cliënt.

Collega’s startten ter ere van haar de 718 Foundation die beurzen verschaft aan veelbelovende studenten (718 was haar badge number).
Het geld krijgen ze bij elkaar via een sporttoernooi.

Arme mensen

Een Potter’s Field is het deel van een begraafplaats waar arme mensen worden begraven.
Terrace Park Cemetery in Holtville heeft een zekere bekendheid omdat er honderden onbekende doden liggen – meest illegalen die vanuit Mexico naar Amerika kwamen en de tocht niet overleefden.

Tussen de vele John Does liggen ook erg veel mensen met een naam. Arme mensen. Begraven op kosten van de gemeenschap. Met als grafsteen een baksteen. En heel soms een houten kruisje. Geen jaartallen, geen gevoelige teksten.
Sommige stenen kan ik niet lezen. Er zijn er ook -enkele- waar iets bij ligt.

Iedere naam voer ik in bij google. Het kán toch dat een arm iemand de krant heeft gehaald. Al is het maar door een gruwelijk sterven.
Ik vind niets.