Kerkhof Overweersepolderdijk

Deze kleine, katholieke begraafplaats hebben we te danken aan schenkingen van het echtpaar Brantjes-Truffino.
De succesvol ondernemer Nicolaas Brantjes (tevens wethouder, lid van de Kamer van Koophandel en kerkmeester in Purmerend) doet in 1875 tgv zijn 37,5 jarig huwelijk aan de rk kerk een stuk weiland van een halve hectare cadeau.
Drie jaar later (dit keer tgv hun 40-jarig huwelijk) schenkt het echtpaar ook nog geld voor de bouw van een kapel.

Een eigen katholieke begraafplaats was geen ‘luxe’.
Tot dan werden katholieken begraven op een apart deel van de algemene begraafplaats. Maar omdat die ‘algemeen’ was mochten bij de begrafenis geen katholieke rituelen worden toegepast.

Overweersepolderdijk
Meteen in 1875 begint men met de aanleg van een begraafplaats aan deze Overweersepolderdijk (toen nét buiten de stad, nu er middenin).
De grond wordt opgehoogd met een laag van twee meter zand.
De begraafplaats wordt omgeven door een brede sloot.

Al in 1876 wordt de begraafplaats ingezegend.
De verhoogde grond althans.
Beneden is rechts direct na de poort een deel waar niet-gedoopte kinderen zijn begraven.
Die mochten vroeger niet ter aarde besteld in gewijde grond.

Daarvan heeft men intussen spijt gekregen zodat er in 2008 een beeld is geplaatst waarop bovenop een steen met de tekst ‘in Gods Hand’.
Links direct na de poort werden zelfmoordenaars begraven (die óók geen plek in gewijde grond verdienden).
Hier staat intussen een kaarsje te branden.
Ook leuk. Maar toch.

Oude graven
Ik ben hier voor het eerst in april 2011.
Ik vind de begraafplaats dan vooral ‘klein’.
Mijn indruk is dat hij alleen oude graven bevat.
Vanaf 1876 tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw.
Toen was het kerkhof ook vol.

Ik ga terug op 4 augustus 2013.
De begraafplaats wordt niet ‘groter’ maar wel blijken sinds twee jaar geleden meer mensen te zijn begraven.
Net achter het veldje van de ongedoopte kinderen.
Mooie opdrachten zie ik op die grafstenen.

Expositie
Ook is er een urnenmuur achter de kapel.
En er is een expositie.
Beelden staan in de tuin beneden.
Eendachtige vogels met name.

Ik nader de echte begraafplaats dit keer niet door er direct vanaf de straat naartoe te lopen maar loop er omheen en klim dan via een trap er achter naar boven.
Daar wordt hard tegen me geblaft.
Een woeste teckel.
“Is niet nodig, jochie” zeg ik en probeer iets uit te stralen dat Cesar Millan wel heeft en ik niet.

Een vrouw met een gieter komt aanlopen.
“Hij denkt dat het kerkhof van hem is” verklaart ze het gedrag van de hond.
Ze lijkt zich er niet aan te storen dat ik loop te fotograferen maar tot ze weg is blijf ik toch maar aan de kant waar de oudste graven zijn – dicht bij de kapel.
Veel familiegraven zijn daar.
Mooie, grote tombes met onleesbare inscripties.
Weer thuis lees ik dat één van die graven van de familie Brantjes-Truffino is.

Tegenlicht
Ik maak dus foto’s maar de zon schijnt fel zodat ik moet woekeren met tegenlicht en daarin ben ik geen held.
Later nog maar eens terugkomen.
Want de begraafplaats is klein maar ook intiem.
Ik voel me er prettig.

Natuurlijk keek ik ook naar het graf waar de vrouw water naar toe bracht.
Een nieuw graf (uit 2012) tussen de oude graven.
Verder zag ik dat niet (maar ik zag ook nog niet álles), dat je op het oude kerkhof tussen oude stenen ook nu nog kunt begraven.
Mogelijk was op deze plek een ander graf geruimd. Mogelijk was de plek ooit gereserveerd.
Ik heb geen foto van dat graf genomen.
Iets met privacy.