De Kapucijnen in Biezenmortel

Ik bezoek het kerkhof van Biezenmortel in april 2011.
Heel opvallend is de heuvel achteraan.
Deze heuvel, weet ik nu, is een calvarieberg en dat is (aldus Wikipedia) “een onderdeel van sommige katholieke begraafplaatsen. Het is een kunstmatig heuveltje waarop meestal een beeldengroep geplaatst is die de kruisiging voorstelt.”

Frank Scheffers mailt me hierover. En sluit een artikel bij dat hij over de hier begraven Kapucijnen heeft geschreven.
Biezenmortel, weet ik nu, is gegroeid om het Kapucijnenklooster dat er in 1919 is gebouwd. Het kerkhof grenst aan wat ooit de kloostertuin was, de eerste dode is in 1922 begraven.

De drie Kapucijnen met de aparte kruizen zijn direct op deze begraafplaats begraven.
De anderen zijn in 1994 herbegraven in een verzamelgraf onder de calvarieberg toen het klooster met de tuin werden verkocht. Het klooster is nu Groepsaccommodatie Beukenhof (“een ideale plek ontstaan voor verzorgde groepsvakanties, feesten en andere evenementen”).
Het monument is ontworpen door Jos Scheffers (de vader van Frank Scheffers die me mailde). Hij heeft ook de herbegraving vanaf het kloosterkerkhof op de binnenplaatsen van het klooster naar het parochiekerkhof mee begeleid.

Zelf deed Frank Scheffers onderzoek naar de oudste in Biezenmortel (her)begraven Kapucijn, pater Marcellianus van Brugge, in 1580 (in Brugge) geboren als Joannes Pardo.
Pater Marcellianus was in 1613 de eeste overste van de Kapucijnen in ‘s-Hertogenbosch. Hij overleed in 1637 en werd begraven voor het hoogaltaar in de kapel van de zusters Tertiarissen.

Scheffers: “Na bijna driehonderd jaar werd de zielerust van pater Marcellianus verstoord toen in 1929 bij een verbouwing van de kapel de vloer opengebroken werd en men op het graf vlak voor het vroegere hoofdaltaar stiet.
De zerksteen was niet meer aanwezig omdat de zusters die in het verleden verkocht hadden.

In het gemetselde graf van gewone steen werd een geraamte gevonden van een mannelijk lichaam met het hoofd gericht naar het altaar. Het geraamte lag er rustig en regelmatig bij, een bewijs dat aan dit graf nooit gewoeld is en het lijk er nog lag zoals het erin was gelegd.

Het geraamte werd eerbiedig in een loden kistje verzameld.
Omdat de Kapucijnen in 1929 in Den Bosch nog niet over een eigen begraafplaats beschikten werd het kistje begraven op het kerkhof van het Biezenmortelse Kapucijnenklooster vanwaar het in 1994 werd overgebracht naar het parochiekerkhof waar het samen met de stoffelijke resten van de andere Kapucijnen in een verzamelgraf werd herbegraven.”

Bron: Frank Scheffers – Een zestiende eeuwse Spaanse edelman begraven op het Biezenmortelse kerkhof (gepubliceerd in Sprokkels 5, jaarboek van heemcentrum ’t Schoor, Udenhout-Biezenmortel)

Jantje en nog een keer Jantje

Dit graf treft me in het bijzonder.
(even klikken op de foto)


Links ligt Jantje Robben. En rechts ligt ook Jantje Robben.
Jantje links werd geboren op 14 juni 1961 en overleed op 1 april 1962.
Hij werd nog geen jaar.

Jantje rechts kwam ter wereld op 23 november 1962. Op 13 december was hij al dood.
Deze Jantje werd dus amper drie weken.

De grafstenen zijn identiek. Een engeltje. Een bloempje (klokje?).
‘Onze lieveling’ en R.I.P.

Vroeger kwam het vaak voor dat mensen een kind dezelfde naam gaven als een vorig kind dat was overleden.
Ik vermoed dat dat hier ook is gebeurd.
Ik dácht altijd dat het een soort ’tweede kans’ was: het is mis gegaan met Jantje, we proberen het met een nieuwe Jantje.
Nogal cru.

Nu lees ik dat het anders zit. Of in elk geval anders kán zitten.
Vaak hebben 2 of meer kinderen in een gezin dezelfde voornaam. Meestal omdat het oudere kind inmiddels al is overleden en het ontstane gat in de vernoemingsrij weer moet worden opgevuld. (Zij worden dus NIET genoemd naar het overleden kind, maar naar het familielid waarnaar ook het overleden kind genoemd is.)
In dat artikel staan meer interessante weetjes over vernoemingen.

Oorlogsgraven


Op de begraafplaats in Biezenmortel wordt het oog getrokken door de heuvel aan het eind met het kruis met Jezus en door een kruis met een soldaat.
Dit kruis staat halverwege rechts aan het pad. Het is een fors momument waarnaast zes sobere stenen staan.

De stenen zijn voor de graven van zes vliegeniers (vijf Canadezen en één uit het Verenigd Koninkrijk). Ze waren de bemanning van de Halifax bommenwerper MZ520 die op 17 juni 1944 neerstortte in Biezenmortel.
In het vliegtuig zat nog een bemanningslid. Deze Sergeant Ellis overleefde de crash en is krijgsgevangen genomen.
Ik heb niet kunnen achterhalen hoe het met hem is afgelopen.

Het grote monument is voor Frans van de Pas. Hij was boer in Udenhout en heeft als 28-jarige soldaat in mei 1940 gevochten in de Peellinie.
Daarna werd zijn compagnie naar Zeeland gestuurd. In de nacht van 13 op 14 mei 1940 is hij in Middelburg doodgeschoten. Daar is hij begraven en op 10 januari 1941 herbegraven in Biezenmortel.
‘Oud-militairen van Udenhout’ hebben dit monument -neem ik aan- gefinancierd.