Op zoek naar de Japanners van Imperial Valley


Ik zie zoveel grafstenen van Japanners in Imperial Valley (mn in Brawley en El Centro) en zo weinig levende Japanners op straat dat ik steeds nieuwsgieriger word naar deze bevolkingsgroep.
‘Even googlen’ levert weinig op.
Er zijn Japanse restaurants. Er is een Pioneers Museum met de openingstijden voor 2002 waar alle links ‘Oops’ zijn gebroken.
Toch vind ik hier en daar wat flarden.

De eersten
1841- Fourteen-year old Japanese fisherman, Manjiro Nakahama, was shipwrecked and rescued by an American whaler ship and ends up in Bedford, Massachusetts. Nakahama is considered one of the first visitors to the United States, and also the first Japanese to speak English effectively. Eventually he returned to Japan in 1852
1868- First group of contract laborers (141 men, 6 men, 2 children) arrive in Hawaii, these people are known as the Gannen-mono or “first year people”. Many of these Japanese who came to Hawaii were farmers and peasants from southern Japan, having suffered a series of crop failures at home.

Intocht
Anders dan bv de Chinezen kwamen de Japanners in kleine groepen en druppelsgewijs. In 1890 woonden er ongeveer 2000 Japanners in de Verenigde Staten en 100.000 Chinezen.
Hun bedoeling was een tijdelijk verblijf: snel geld verdienen en dan weer terug. Dat pakte anders uit o.a. omdat ze werden onderbetaald, geen land mochten bezitten en ze steeds na 2-3 jaar land dat ze in pacht hadden moesten verlaten omdat hun contract met opzet niet werd verlengd. Al snel (1905) was er weerstand tegen de Japanners die hardwerkend en zuinig waren en daardoor (te) succesvol.

Fotobruiden
In 1924 verhinderde de Immigration Act nieuwe immigratie door Japanse arbeidskrachten. Gezinshereniging werd wel toegestaan. Zodat de in Amerika wonende mannen ‘met de handschoen’ een vrouw trouwden die de wederzijdse families hadden uitgekozen terwijl de huwelijkspartners elkaar alleen van een foto kenden.
Vaak hadden de vrouwen geen idee wat ze in Amerika te wachten stond.

Concentratiekampen
Na de aanval op Pearl Harbor in december 1941 werden de in Amerika wonende Japanners als zgn. staatsgevaarlijk opgesloten in concentratiekampen.
De twee grootste kampen – Poston en Gila River – zijn in Arizona, op een paar honderd kilometer afstand van Imperial Valley.
Daar zaten 35.000 mensen vast.

En toen?
Na de oorlog worden de Japanners vrijgelaten. Gaan de Japanners van Imperial Valley terug naar hun streek? Zijn daar sinds de oorlog ándere Japanners komen wonen?
De grafstenen die ik zag zijn van het begin van de 20e eeuw maar ook van de jaren vijftig t/m negentig. Niet van later maar dat kan toeval zijn (ik zag niet alles).

Het heeft overigens nog lang geduurd voor de onrechtmatig geïnterneerde Japanners schadevergoeding kregen.
In 1988 tekende president Reagan een wet die elke vastgezette Japanner die nog leefde recht gaf op $ 20.000. Pas twee jaar dáárna werden de eerste negen checks op een ceremonie uitgereikt. De eerste was voor de 107 jaar oude Mamoru Eto uit Los Angeles.

Een deel van deze informatie komt uit Philip H. Round – The Impossible Land, Story and Place in California’s Imperial Valley.

Riverview Cemetery – 2

De eerste keer dat ik deze begraafplaats bezocht was ik vooral onder de indruk van de grafstenen in het oude deel. De zuilen, de heiligen, de engelen – al dan niet beschadigd.

Nu ga ik erheen met een lijstje met 9 namen.
Doden van wie nabestaanden op Find a Grave om een foto van de grafsteen hebben verzocht.
Ik ontdek dat die stenen zelden de monumentale stenen zijn. Zoekgeraakte familieleden zijn, denk ik, minder rijk (=simpele steen) en ook minder bedeeld met andere familieleden die het graf bijhouden en van bloemen voorzien. En die ook familie-op-afstand op de hoogte houden?

Lillian Williams was iemand geliefde tante. Doyle Huffman was iemands favoriete oom.
Het zoeken naar de stenen geeft me een ander perspectief op wat ik ‘saai’ vind: platte stenen in een grasveld. De mensen onder die stenen zijn niet minder boeiend en hebben niet per se minder voor anderen betekend dan degenen voor wie de familie een beeldentuin heeft opgericht.

Ik had meer van de stenen op het lijstje willen vinden.
Maar hier stuit ik in de Office op vijandigheid. Hoezo FindaGrave?
Weet ik niet dat zij zelf een website hebben? Met alle informatie en de locaties van de graven en nog stenen ook. Dat weet ik niet maar ik heb er nu even niks aan want ik heb geen notebook bij me.
(Later blijkt de website niet zo geweldig als beloofd – weinig stenen en met hun aanduiding van de plaatsen zoek je je nog steeds een ongeluk)

Wil ik echt dat de dame in de Office (waar een behulpzame jongeman op een karretje me naartoe heeft gereden) *al* die namen opzoekt?! Ja, graag natuurlijk. Maar laf als ik ben beperk ik me tot drie.

Waarna ik dwalend zelf op zoek ga naar de andere (zinloos) en geniet van vogels en ook hier Japanse stenen. En 1 Indiase.

Mijn hart gaat sneller kloppen van deze. Een Japanse vrouw die niet Yamada of Soto oid heet maar Waterkuetter. Waarvan ik dacht dat het Duits zou zijn maar die naam is Schots.

“A Lady of Japan”  is het grafschrift.
Wat me een warm and fuzzy feeling geeft en erg veel nieuwsgierigheid.
Die zich via google niet laat bevredigen.

Riverview Cemetery

Riverview Cemetery ligt niet aan een rivier. Hij ligt in het Riverview District, een onderdeel van Imperial County (Californië).

Ik bezoek de begraafplaats op 13 september 2010, op een van de warmste dagen van het jaar.
40-45 graden.
En omdat het een eind rijden en toen ook nog omrijden was, beland ik hier op het heetst van deze toch al zo hete dag.

Ik  parkeer mijn auto direct na de ingang.
Loop naar links naar een stuk lawn cemetery waar ik word verrast door een foto van een prachtige vrouw.
Uitgelicht door de zon.
(Later zal ik haar -Michele Castillo- googlen en word niets wijzer).

Het veld rechts bestaat uit mooie stenen. Groot, duur. Teksten voor en achter. Foto’s ook erop.
En een net omgespit graf met veel kinderspullen. Er staan voetstappen op. Raar.
Het is in Amerika wel gebruikelijk om over begraafplaatsen te lopen waar gras ligt op de graven maar toch niet -dacht ik- als dat gras nog niet eens is ingezaaid.

Ik rijd wat verder, ik loop wat verder. En dan, eindelijk! ga ik naar het veld *direct* rechts achter de poort met oude beelden.
Vervallen, imposant.
O wat is het warm! Ik sluip van boom met enige schaduw naar volgende boom met enige schaduw en neem foto’s.
Ik denk telkens: nog die drie grafstenen en dan stop ik écht!
En dan zie ik nog meer moois en ga ik nog langer door.

Eenmaal thuis ontdek ik dat deze begraafplaats itt zeer vele andere amper in kaart is gebracht op Find a Grave.
Het is dus aan mij deze mensen daar een plaats te geven. Dus zoek ik naar GonzaleS en GonzaleZ en Flores en nog meer Spaanse namen.
Maar ook al zijn de grafstenen pracht en praal, een plek in google hebben ze niet.

In mei 2011 ga ik terug.
Omdat ik nog maar een fractie heb gezien.
En omdat ik me hier heel erg thuis heb gevoeld.

Engelen op Riverview Cemetery



Kleine keuze uit engelen en heiligen

 
 

 

 

Portretten

Niet alleen de engelen betoveren op Riverview Cemetery.
Ook de portretten van de doden fascineren.

Mooie mensen, bijna allemaal Latino’s.
Sommige zijn nageschilderd van een foto (vermoed ik).
Op andere foto’s staan mannen maar vooral vrouwen die doen denken aan filmsterren uit de tijd dat de films net gingen spreken.

Ook hier: een kleine selectie.



 
 
 

Nellie en Enriqueta

Aan de zijkant van het grasveld met de engelen en de heiligen staan twee zuilen.
Ze zijn niet identiek, maar ze lijken wel op elkaar.
En ze staan op één sokkel.

De beide vrouwen zijn op dezelfde dag, 17 december 1933, gestorven.
Ze hebben niet dezelfde achternaam.
Zouden ze geliefden zijn geweest, denk ik.
Maar even rekenend: het kán dat Enriqueta de moeder van Nellie was.
Enriqueta is nl. 36 jaar geworden en Nellie 17.

De foto van Enriqueta is vaag.
Die van Nellie lijkt later nog eens deels te zijn schoongemaakt.
Wat een mooi meisje, Nellie. Die ogen.

Zouden ze samen zijn verongelukt?

(klik op de foto’s om ze te vergroten)